Nieuws van Bonaire

COLUMN | Tijd voor actie

Amber Kortzorg is verslaggever en verblijft voor het consumentenprogramma Kassa drie weken op Bonaire. Op uitnodiging van Koninkrijksrelaties.Nu deelt ze haar ervaringen in een serie columns. Vandaag aflevering 2.

Door Amber Kortzorg

De stem van Bonaire

Het is dinsdagochtend, mijn eerste dag na aankomst. Ik wacht op het terras van één van de vele resorts langs de kust. Met een menukaart wuif ik mezelf verkoeling toe. Mijn afspraak is laat. Een tafeltje verderop tik ik een man op zijn schouder. ‘Meneer, bent u toevallig Ronald?’ Hij kijkt verbaasd op. Verrast blik ik terug. De eerste hand die ik op het eiland schud, blijkt die van veelbesproken oud-politicus Ramoncito Booi. ‘Helaas ben ik niet Eric’, grapt hij, ‘want met zo’n leuke dame wil ik wel een afspraak.’ En daarmee ben ik officieel op Bonaire.

Later ontdek ik dat dit soort toevallige ontmoetingen het eiland niet vreemd zijn. Bonaire is één groot dorp. Voor mijn komst ben ik dan ook talloze malen gewaarschuwd: ‘Weet waar je aan begint. Een kritisch consumentenprogramma op Bonaire gaat je lege items opleveren.’ Het gerucht gaat dat wegens de kleinschaligheid niemand openlijk commentaar durft te leveren. Na twee weken op Bonaire durf ik die aanname voorzichtig te verwerpen.

Rondrijdend over het eiland, uiten burgers hun zorgen over de harde levensomstandigheden van ruim 40 procent van de bevolking. Mensen spreken mij aan over de onbehoorlijke wijze waarop de lokale politiek soms wordt bedreven. Zo lijkt het beginsel patere legem quam ipse fecisti (onderga de wet die je zelf hebt gemaakt) niet voor iedereen te gelden op Bonaire.

Ik spreek gepensioneerden die, naast hun schamele AOV, nog een baan hebben om het hoofd boven water te houden. Ook meerdere boeren melden zich. Door een gebrek aan water kunnen zij onmogelijk groenten verbouwen. En Den Haag blijft maar hameren op een toename aan lokale teelt. Mijn rechterhand maakt overuren in een steeds meer verfomfaaid notitieblok.

Toch merk ik geregeld dat er angst voor represailles leeft onder de bevolking. Men zegt bang te zijn voor ontslag, een nadelige behandeling door de overheid of een publiekelijke veroordeling. Ook spreek ik bedrijven en ambtenaren die zeer voorzichtig zijn om op televisie openheid van zaken te geven, bang dat het hun posities in gevaar brengt.

Het is uiteindelijk een selectieve groep mondige burgers die zich voor mijn camera positioneert. Veelal zelfstandigen die niet afhankelijk zijn van een baan bij de overheid of gepensioneerden ‘die niks te verliezen hebben’. Maar ook burgers die de situatie dermate zat zijn dat ze eventuele consequenties durven trotseren. En zo blijkt de kleinschaligheid van Bonaire ook haar sterke kracht. Men voelt de verantwoordelijkheid voor elkaar op te komen en elkaars stem te versterken. Mijn notitieblok gaat dicht, het is tijd voor actie.

Deel dit artikel

Rocargo

Rocargo

Rocargo

Rocargo